De postbezorger, de whatsapp bezorger avant la lettre, komt nu nog zelden langs. Met Nieuwjaar heeft hij het druk, de beste wensen gaan nog vaak via een kaart. Meestal maken we een nieuwjaarswens en sturen die via de mail met een persoonlijke invulling. Want schrijven, met pen en papier, komt ook minder en minder voor. Een beetje vulpennenwinkel bestaat is niet meer te vinden, een beetje mooi schrijven is er dus niet meer bij. Zelf gebruik ik nog maar twee wijsvingers om op het toetsenbord te rammen. Daar is maar één probleem bij: de letters vervagen. Ook daar is een oplossing voor: plakletters.
Wie wel langs komt en in steeds grotere mate is de pakketbezorger. Het heeft wel wat, dat bestellen via internet. Je hoeft er niet de deur voor uit; het gemak dient de mens. De keerzijde van dat gemak is de leegloop van de binnenstad. De failliete lampenverkoper heeft nauwelijks voor het laatst zijn winkeldeur op slot gedraaid of de aannemer maakt hem alweer open. Die gaat de winkel ombouwen naar bruine kroeg, lunchcafé of zoiets. Tenzij er een stikstofprobleem is, dan moet de aannemer nog even wachten.
De elektra winkelbediende heeft alweer een nieuwe baan: pakjes rondbrengen. Alles wat je gisteravond via internet besteld hebt, moet wel bezorgd worden. Dat zijn die busjes, die een paar keer per dag, door de straat heen rijden. We weten dat omdat we meestal thuis zijn. De bezorgers weten dat ook: “Wilt u het aanpakken?”. Ach, op die manier spreek je de buren ook wat vaker.
Toch, het beroep van postbezorger heeft me altijd aangetrokken. Misschien doe ik het nog wel eens een keertje. Ze zoeken altijd mensen en dan ga ik als bejaarde de post rondbrengen. Niet in korte broek want dat kan ik de mensheid niet aandoen.
Geef een reactie