Proloog acht
Vier schepen bleven achter, een drakkar voer de rivier af met aan boord geen trotse Vikingen. De mannen, die tegen de scheepsborden leunden, hadden geen zelfvertrouwen. Schuw, angstig staarden ze in het niets, in elkaar gekrompen als kleine mannen. Riemen gebruikten ze niet, het zeil bleef op de staanders, de rivier bracht hen naar de lagune.
Er lag geen vuur in de ogen van Svein. Gisteren was hij een krijger, onstuimig, sterk als een beer, vol tomeloze levenshonger. Vandaag leefde hij in een persoonlijke hel met ogen waarin de angst regeerde. Om zich heen ontmoette hij dezelfde blik. Een vloek volgde hen in een leven dat veranderde in een uitgestelde dood en vroeg of laat sloeg de vloek van de tovenares toe. Het enige dat hij lusteloos voor elkaar kreeg, was de drakkar in het midden van de rivier houden.
Mistroostig schopte Svein tegen het kleine beetje buit. Was dit al hun dode kameraden waard?
(Einde)
Toelichting
Proloog een is het eerste hoofdstuk van ‘Draken, reuzen en zwarte dwergen.’ YA fantasy over een tovenaarstweeling jagend op hun zwarte oom, de moordenaar van hun ouders.
Nieuwsgierig? Deze link brengt je naar een inkijkexemplaar en toon de eerste pagina’s van het verhaal.
Hier vind je mijn contactformulier
Zo ga je naar mijn persoonlijke Facebook
Dit is mijn Instagram-account.
Geef een reactie