
‘Gatsamme…’
De middelvinger opsteken naar die onbeschofte automobilist luchtte op. Zijn broek werd er niet minder nat om en bovendien zag die idioot zijn gebaar in het donker niet.
‘Sufkop.’ De kreet kwam uit het niets. Deze keer was het geen spatwater, maar lag hij, aangereden door de fietser, midden in de plas. De fietser zelf lag ook op de grond. Droog wel te verstaan. Razend sprong Marc op en wilde de fietser te lijf gaan tot hij het groepje vrienden zag. Marc bond in, een pak slaag vond hij geen aantrekkelijke gedachte. Daarbij kwam dat om twee ’s nachts veel van de studentencafés aan de Molenstraat sloten. Dat betekende dat het publiek of op weg was naar een café waar ze nog terechtkonden of ze liepen aangeschoten naar huis. Hij had niet zoveel zin om morgen op de campus van alles naar zijn hoofd geslingerd te krijgen. ‘Hé, verzopen regenjas,’ ‘leer lopen,’ of ‘koop een bril,’ of meer van dat soort lollig bedoelde
opmerkingen. Hij smeerde hem naar huis.
Het was niet zijn week. Gisteren was ook al een sof. Met wederzijds goedvinden had hij haar bh losgemaakt tot de harde klap in zijn gezicht duidelijk maakte dat het noemen van de verkeerde naam elke seksneiging definitief de grond inboorde. ‘Ivy’ glipte zijn mond uit voor hij het tegen kon houden. Dat was superstom. Die klap en al het water van vandaag maakte duidelijk dat de naam Ivy hem dwarszat.
Vier keer stak hij, rillend van de kou, de sleutel mis voor hij de trap op liep en in de badkamer de natte kleding liet vallen. De glooiend hete douche verjoeg de kou en bracht de herinnering terug aan de nacht met Ivy.
Hier vind je mijn contactformulier
Zo ga je naar mijn persoonlijke Facebook
Dit is mijn Instagram account.
Geef een reactie