Alexa nam de tijd, vermoedelijk om over zijn woorden na te denken. Haar handen speelden nerveus met de touwtjes van haar witte kleed, alsof ze een boodschap wilde overbrengen. ‘Een andere wereld zei je. Waar ligt die?’

Wat maakte het uit, hij kon net zo goed alles vertellen. ‘Ik kom zeker duizend jaar uit de toekomst. Julians opdracht heb ik uitgevoerd. Ik wil nog meer magie leren en dan ga ik terug naar mijn eigen wereld. Ik mis koffie.’
Nieuwsgierig vroeg ze: ‘Dat verklaart jouw vreemde spullen, maar wat is koffie?’
‘Uh … Het wordt gemaakte van bepaalde gebrande bonen. Je krijgt er energie van. Jullie kennen die bonen nog niet. Om terug naar mijn eigen wereld te gaan heb ik Lydia de tovenares of Runwita de tovenaar nodig. Die laatste schijnt ergens in het Rodnagebergte te wonen. Waarom wil je dit allemaal weten?’
‘Jij wilt twee dingen. Je wilt verder leren om tovenaar te kunnen worden en je hebt Runwita nodig om naar je eigen wereld terug te gaan. Daar kan ik je mee helpen. Maar daar moet wat tegenover staan. Dit is mijn voorstel: ik wil kinderen van je. Minimaal drie. En hulp voor de Cuza’s om onze macht terug te krijgen.’
Dat was nu niet bepaald wat Edo verwachtte te horen. In een stevige hoestbui sproeide de wijn alle kanten op. Alexa ging onverstoorbaar verder. Het gefriemel aan de touwtjes had haar jurk wat ruimte rond de hals gegeven. ‘In ruil voor hulp en kinderen, kan ik zorgen dat je Runwita vindt. Verder bied ik je kennis en rijkdom.’
Edo was bijgekomen van de hoestbui. Voor hem zat een hoge adellijke vrouw die aanbood om zijn bed te delen. Alexa had een sterke persoonlijkheid om zo tegen de conventies van haar tijd in te gaan. Tot nu toe had hij zijn gedachten bij haar als vrouw weggeduwd, maar nu liet hij ze toe. Alexa was geen klassieke schoonheid, maar toch vond hij haar aantrekkelijk. Bruine ogen, haar nonchalant spelend rond haar hoofd, een Griekse neus, een mond die heerlijke kussen beloofde, een vrouw die haar mannetje stond en hier toonde ze hem haar karakter.
Hij zag ook een vrouw die toch wat onzeker naar hem keek. Met dit voorstel kon hij dat wel begrijpen. Dit was niet een tijd waarin vrouwen dit soort woorden spraken. Het strijklicht van de strategisch opgestelde kaarsen gleed over de ragfijne stof, die weinig te raden overliet. Een vrouw van haar stand liet haar lijf niet per ongeluk zien, dit deed ze om hem te verleiden. Het lukte haar goed. ‘Kinderen in deze tijd zijn alleen wettig als je getrouwd bent. Ik neem tenminste aan dat je geen bastaarden wilt?’
‘Nee, ik wil met je trouwen. Onze kinderen zijn de toekomstige heersers van de Cuza’s.’
(Wordt vervolgd)
Dit is een citaat uit mijn e-book ‘De tombe van heden, verleden en toekomst.’ Hier vind je het e-boek
Hier vind je mijn contactformulier
Zo ga je naar mijn persoonlijke Facebook
Geef een reactie